Polder

Omschrij­ving: Een polder is een gebied waarvan de waterstand kunstmatig en onafhankelijk geregeld kan worden ten opzichte van de omgeving.

Er zijn verschillende polders.
  • Droogmakerij, hetgeen wat door de meeste mensen polder wordt genoemd. Een droogmakerij is een landwinning door een plas water, meer, ven enz. leeg te malen.
  • Indijking, dit is een landwinning door een aangeslipt gebied in te dijken. Waterpijl beheersing bestaat bij indijkingen uit het ontwateren bij laag water.
  • Ontginning, dit is een landwinning waarbij vochtige gronden door ontwatering toegankelijk worden gemaakt. Deze moerassige gronden liggen vaak wat hoger dan de omgeving en moesten ontwaterd worden. Er zijn vele technieken toegepast. Denk aan het maken van sloten, kanalen, maar ook het bovenstrooms afdijken of omleggen van riviertjes.
Om spoorlijnen of wegen verdiept te kunnen aanleggen zijn er diverse mogelijkheden. Denk aan een ingraving (ondiep), een tunnelbak (betonnen wanden) of het relatief nieuwe idee om een 'v-polder' te maken.
 

Relevante begrippen behorend bij 'Polder'

 

Droogmakerij

Om­schrij­ving:  Droogmakerij, hetgeen wat door de meeste mensen polder wordt genoemd. Een droogmakerij is een landwinning door een plan, meer, ven enz. leeg te malen. Rond een polder werden dijken gebouwd om instroom van nieuw water te beperken en werden gemalen geplaatst. Door de eeuwen kon de mens steeds grotere projecten aan. Het af te voeren water wordt via boezems die buiten de dijken gemaakt waren afgevoerd. Zodra een droogmakerij droog begint te vallen, maakt met een stuktuur van sloten en kanalen om ook het water uit de bodem af te kunnen voeren. Als een droogmakerij eenmaal droog staat zal het voor eeuwig droog gehouden moeten worden. Nederland kent een regenwateroverschot dat afgevoerd moet worden naar de zee. Daarnaast sijpelt er door de diepen ondergrond en onder de dijken door water de polder in. In principe: 'hoe groter het verschil in waterpeil met het naastliggende gebied, hoe meer grondwaterstromen'. Ook dit water moet afgevoerd worden. Het is dankzij deze (forse) waterstomen dat wij kunnen genieten van de Loosdrechtse plassen, anders was dit land zeker ook drooggemaakt.

Het begrip polder is breeder: Een gebied waarvan de waterstand kunstmatig en onafhankelijk geregeld kan worden ten opzichte van de omgeving.
Links: polder


 

Indijking

Om­schrij­ving:  Landwinning door een aangeslipt gebied in te dijken. Dit gebied wordt een polder genoemd vanwege de kunstmatige waterpeilbeheersing. Men begint met indijken als er zoveel grond aangeslipt was door zee of rivier, dat de grond alleen nog hoogwater onder water kwam te staan. Door een laag dijkje te plaatsen kon een stukje land van de zee of een rivier gewonnen worden te behoeve van landbouw.

In de kustgebieden waren grote stukken land op deze manier te winnen. Veel toegepast langs de kusten van Noord-Groningen, Noord Friesland en Zeeland. De laatste eeuwen zijn deze simpele buitendijkjes bij de zee vervangen door zeedijken. De mensen vestigden zich in deze gebieden op gemaakte terpen (lokale verhoging).

Bij de rivieren vestigde men zich van oudsher op de rivierduinen. De oudst terug gevonden nederzettingen in Nederland bevonden zich op rivierduinen.
Het beheerseen van waterpijl van indijkingen bestaat uit het ontwateren bij laag water. En deze vorm van kleinschalige inpoldering komt in Nederland niet meer voor.
Links: polder


 

Ontginning

Om­schrij­ving:  Ontginning, dit is een landwinning waarbij vochtige gronden door ontwatering toegankelijk worden gemaakt. Door de kunstmatige matige beheersing van de waterstand vallen ontginningen onder de noemer polders. Deze moerassige gronden moesten ontwaterd worden om geschikt te maken voor landbouw. Er zijn vele technieken toegepast. Denk aan het maken van sloten, kanalen, maar ook het bovenstrooms afdijken of omleggen van riviertjes. Bij het ontginnen van veengrond ging het in de eerste instantie om ontwateren, maar door het inklinken van het drooggemaakte veen, ontstond vanzelf de behoefte om actief te ontwateren (wegpompen). Daarmee ontstonden polders.
Grote delen van Nederland zijn op deze manier toegangkelijk gemaakt. Denk aan aan veengebieden in het westen en noorden van het land, of aan de Gelderse vallei.
Links: polder